zondag 27 mei 2012

Bucketlist

To kick the bucket is slang voor doodgaan. Niet dat ik daar neigingen toe heb, maar af en toe overvalt gepeins me. Bijvoorbeeld als ik doelloos in de schaduw van een parasol om me heen zit te koekeloeren. Want veel meer komt er niet uit mij in de warmte. Ik ben meer een pooltype denk ik. Diep weggedoken in een veel te grote trui en met een fleecedekentje opgekruld op de bank. Cocoonen. Dat doe je niet zo gauw als het warm is. Ik niet in elk geval.

Huiswerk
Vandaag heb ik overigens wel braaf mijn huiswerk gedaan. Nee, niet huishoudelijk, hoewel de wasmachine wel ijverige heeft staan draaien en ik vanavond eindelijk de zomerdeken op mijn bed tegenkom, die ik er vervolgens tòch wel weer zal afkeilen. Nee, ik heb echt ouderwets huiswerk gedaan. Voor de komende vervolgtraining van de schrijfcursus. We moeten een interview lezen en dat met commentaar meenemen. Waarom ik het goed vind, of juist niet. En dat is dan de basis voor een stukje training. Ben heel benieuwd hoe Irene daartoe gaat bijdragen. Van Lippe-Biesterfeld. Die Irene. Die van de bomen. Waar heel handig in dit interview op wordt teruggekomen. Maar laat ik mijn commentaar op het interview maar bewaren voor de cursus. Juf mocht dit eens op voorhand lezen. Ik bedoel, dan is de verrassing er vanaf toch?!

To-Do-Lijst
Al bladerend in mijn huiswerktijdschrift viel mijn oog op heel iets anders: De Bucketlist. Ontleend aan de gelijknamige film, waarin Jack Nicholson en Morgan Freeman schitteren. In deze film maakt de hoofdrolspeler een lijst van dingen die hij nog wil doen voordat hij doodgaat. Veel mensen schijnen zo'n lijst te hebben. Een wereldreis maken, parachutespringen, op bedevaart gaan, een boek schrijven. Dat soort dingen schrijven ze dan op die lijst. Ik heb me afgevraagd wat ik op die lijst zou zetten. Maar heel ver kwam ik niet. Niet echt. Natuurlijk zijn er dingen die je je voorneemt om ooit nog wel eens te gaan doen. Maar nu nog niet ... Het poollicht zien, helemaal hoog in het noorden. En misschien ooit toch wel dat boek schrijven. Net als de 1 miljoen Nederlanders die dat ook willen. En met zo'n grote enge slang om mijn nek staan, om mezelf ervan te overtuigen van het feit dat ze best wel meevallen. Vooral dat laatste: maar nu nog niet!

Vijf kernpunten
De Australische singer/songwriter Bronnie Ware werkte jarenlang voor terminale patiënten. Over de gesprekken die ze met hen voerde hield ze een blog bij http://www.inspirationandchai.com/Regrets-of-the-Dying.html En ze schreef er een boek over. Zij al wel. The Top Five Regrets of Dying. De essentie van een fijn leven is volgens haar samen te vatten in 5 kernpunten. En dat heeft niets met een to-do-lijst te maken. Niet in de zin van de Mount Everest beklimmen in elk geval. Maar wel met:

De moed opbrengen om trouw te blijven aan jezelf, in plaats van krampachtig aan de verwachtingen van anderen te voldoen. Rust nemen en niet te hard werken. Je gevoelens uiten en niet opkroppen. Je vriendschapsrelaties koesteren en dierbaren vertellen dat je om ze geeft. Gelukkig zijn met wat je wèl hebt en met wie je wèl bent.

En het schijnt dat je daar ook al meteen mee aan de slag kunt...


Bonusmateriaal voor degenen die het willen zien/horen. De trailer van de film The Bucketlist, met de song van Tom Mayer die de kern ervan weergeeft:





zondag 13 mei 2012

Koelkast

Als het er buiten fris en fruitig uitziet, zoals vandaag, dan krijg ik alijd een onbedaarlijke aandrang om dat voor binnen ook zo regelen. Nu is zondag altijd wel mijn huishoud- en poetsdag, maar vandaag had het een extra dimensie. De koelkast stond op het program. En dat was niet zomaar.

Zeventje
Nee, er kwamen niet spontaan groene beestjes uitlopen. Of nog enger: witte! Eigenlijk was het nog wel redelijk gesteld met mijn koelkast en kleingebruik vriezertje. Ik zou het nog best een zeventje hebben kunnen geven. Maar schoon moest 'ie. En wel vandaag. Want het was moederdag vandaag.

Tantedag
Ik ben zelf geen moeder, wel tante. Maar dat telt niet voor de commercie op moederdag. Hoewel tantedag een gat in de commerciele markt is, als je het mij vraagt. Moederdag vroeger thuis bestond meestal uit cadeautjes op bed of bij het ontbijt beneden. Wij deden niet aan het gekruimel tussen de lakens van een ontbijt-op-bed sessie. En ik heb er nog steeds een hekel aan. Niet aan mij besteed. Cadeautjes op bed wel. Of iets 's avonds op je hoofdkussen vinden. Hint hint.

Moederdag
En dan bestond de dag verder meestal uit iets lekkers bij de koffie en voor 's avonds iets van de chinees. We hadden één oudmoeder (oma) in huis en aan de ander werd meestal de dag tevoren een bezoekje gebracht. Toen ze beiden nog leefden dan. Maar voor de rest was het een gewone zondag, die we op normale wijze doorbrachten. Dat betekende dus huis- en huishoudelijk werk. Maar toen ik ouder werd en mijn zus het huis al uit was, vond ik dat ik ook best iets extra's kon doen voor moeder op moederdag. Dat kreeg de vorm van, hoe raad je het zo, de koelkast uitruimen, uitsoppen en weer inruimen. Een klus waar ze zelf niet veel tijd voor had. Mijn moeder was verloskundige. En tussen het meer dan 5.000 baby's in haar uppie op de wereld helpen zetten door, was er nooit veel tijd en ruimte voor dergelijke klussen, die geen onderbrekingen dulden.

Koelkast traditie
Moederdag associeer ik dus al enige tijd met de koelkast onder handen nemen. Ach, ik ben gekkere tradities tegengekomen hoor ...
En aangezien mijn moeder er al 15 jaar niet meer is, zet ik de traditie in mijn eigen huis voort. Waarbij ik dan uiteraard wél aan haar denk. Aan hoe ze er op haar knieën bij kwam zitten. Om de sopdoek aan te reiken. Om te ontleden welke kliek ik zojuist gevonden had en van wanneer die ook alweer stamde. Met het beoordelen of iets nog goed genoeg was voor een volgende koelkastronde. Of dat het linea recta naar de composthoop moest. Met het weer aangeven van de spullen die terug mochten. Haar aanwijzingen van wat waar moest staan, omdat ze anders wéér zou vergeten dat ze het nog ergens in de koelkast had. Dat soort dingen denk ik dan.

Ik vier moederdag op geheel eigen wijze. Én mijn koelkast kan er weer een tijdje tegen ...

woensdag 2 mei 2012

Jankboom

Het gaat nu opeens hard. Dat groen worden van de blaadjes aan de bomen. En dat is maar goed ook, want het is nu wel lang genoeg winter geweest. Aan de temperaturen zou je het nog niet zeggen. Dat we volop in het voorjaar zitten. En voorlopig blijft het ook nog te koud voor de tijd van het jaar. Volgens Helga en Margo en hun collegaas.

Lichtgroene weemoed
Elk jaar geniet ik van de lichtgroene waas, die de kale takken zo graag wil sieren. Het is net alsof je er zelf ook wat vrolijker van wordt. Hoewel het op mij ook een weemoedige uitwerking heeft. Geen idee hoe dat komt. Maar in het voorjaar mijmer ik altijd. Over hoe het was en hoe het worden moet. Over de kaalheid van het bestaan en over hoe het er over een paar weken uit zal zien. Als de volgroene blaadjes zwoel ritselen en mensen zoals ik verkoeling zoeken in de schaduw van het gebladerte.

Tijd
Elk jaar opnieuw overvalt me dat weeiïge gevoel. Omdat er weer een nieuwe periode aankomt. Omdat alles frisgroen open ligt en ik niet precies weet hoe de toekomst er uit gaat zien. Misschien komt het omdat ik ouder wordt en er steeds meer te mijmeren valt. Misschien komt het omdat het wisselen van de seizoenen me doet beseffen hoe snel de tijd toch eigenlijk gaat. Ooit zat ik op een verjaarsvisite, nu een eeuw of wat geleden. Daar ging het gesprek er over of er leven na de MAVO was. En het opgroeiende grut aan de tafel ten huize van de jarige luid zuchtte 'Ja, want voor je het weet ben je twintig!'

Voor je het weet wel ja. Want inmiddels is datzelfde grut de twintig al een paar keer gepasseerd. Zijn ze nu zelf pappa en mamma. Hun kroost heeft dan nog wel geen tienerleeftijd, maar ik zag toch onlangs zuchtende posts op FaceBoek voorbij komen. Omdat hun nakomelingen de peuterklas alweer ontgroeid waren. De tijd gaat snel. Ik zie me nog net niet sokkenbreiend in het bejaardenhuis zitten. Hoewel ik het ook dáár al wel met een collega over gehad heb.

Ouder worden
Ik denk dat het hem er vooral ook in zit, dat naarmate je ietsje ouder wordt, je omgeving ook krakkemikkeriger wordt. Je ziet bewuster mensen ouder worden. Er komen opeens serieuze ziektes voorbij, daar waar het 'vroeger' nog om simpele verkoudheidjes ging. Opeens gaan mensen in je omgeving vaker wegvallen. Opeens schuif je zelf een generatie op. Kijken ze naar míjn grijze haren. Nou ja, onder de verflaag heen dan. Want ze zitten er wel, maar je ziet ze (bijna) niet. Met dank aan de dames van de Cosmo.

Gek. Maar in de lente voel ik me meestal 'oud'. Ik ben meer een herfsttype. Misschien wel omdat die periode dichter bij me staat of zo.

Jankboom
Toch geniet ik van de prachtige lichtgroene waas van dit moment. Het heeft ook wel iets uitdagends. In het park, waar ik tegenover woon, staat een prachtige treurwilg. Haar takken hangen zwaar. Ze doet haar naam eer aan en ik voel met haar mee. De groene waas siert haar weemoedig. De wind laat haar ritselen en doet haar fluisteren. En opeens hoor ik weer het kinderstemmetje van één van mijn neefjes, achterin de auto bij zijn moeder en mij. Kijkend naar een lichtgroene treurwilg vraagt hij :"Mam... hoe heet dat ook alweer? Die jankboom ...?"