donderdag 31 juli 2014

CAL

Dat woord kwam ik meerdere malen tegen op een aantal handwerksites. CAL. Geen flauw idee waar ze het over hadden. Maar de plaatjes die er bij gepost worden zijn des te duidelijker. Prachtige gehaakte dekens alla grootmoedersstijl. In alle kleuren en kleurencombinaties die je maar bedenken kunt.

Merklap
Vroeger moest ik op de handwerkles een borduurlap maken van allemaal verschillende borduursteken in een paar kleuren. Als je dat onder de knie had, kon je aan de merklap. Heel vroeger werd dat geloof ik alleen in rood gedaan. Maar in mijn tijd mocht dat met meer kleurtjes. Ik heb hem nog steeds. Netjes opgevouwen in een la, samen met een heleboel andere handgemaakte attributen die die la nimmer uitkomen. Maar hé, het was vreselijk leuk om ze te maken! De CAL is een soort merklap, maar dan met allemaal verschillende haaksteken. De een ziet er nog ingewikkelder uit dan de ander. Maar als je maar stap voor stap doet wat de beschrijving zegt, dan kom je er vanzelf uit. Of je ontdekt een fout in de beschrijving. En dan meldt je dat en dan komt er een rectificatie in het patroon ;-) Oók als je niet veel haakervaring hebt is het best te doen. Alleen wist ik nog steeds niet waarom ze het maaksel CAL noemen?!

Totdat ik er al lezende achter kwam dat het om een Engelse afkorting gaat. De dekens worden per jaar ontworpen en de patronen worden vertaald naar het Nederlands en dan uitgegeven onder de namen CAL2014, CAL2013, en ik weet niet hoe ver terug. De Engelse afkorting staat voor Crochet Along. Als ik het goed begrepen heb tenminste. Oftewel: haak maar aan.

Haakvirus
En nu heb ik het haakvirus te pakken. Ik snap opeens mijn oma zaliger. Die zat ook hele dagen achterelkaar te haken. Ik heb nog steeds een beddensprei van haar in gebruik. Van ongebleekte katoen. Ouderwetser kan haast niet. En van mijn overgrootmoeder heb ik nog een klein gehaakt kleedje. Het bijzondere daaraan is dat ze het gehaakt heeft toen ze 91 was en bijna blind. Het kleedje is echter foutloos. Maar ja, dat krijg je kennelijk als je al vanaf je 5de aan het haken bent. Ik ben dus van meerdere kanten behept met haakgenen. En inderdaad: het is vreselijk leuk om te doen.

Nieuwe ontstresser
En ik snap nu ook waarom mijn oma's zo aan het haken waren. Deze week las ik een kort artikeltje met de intrigerende kop: haken/breien is de nieuwe ontstresser. En dat klopt. Want op een gegeven moment heb je de steken onder de knie en kan je ze moeiteloos herhalen. Door de herhaling van dezelfde handelingen, die onder je handen een prachtig geheel gaan vormen, kom je in een soort cadans die je rust geeft. Daardoor krijg je plotseling ruimte om na te denken over dingen en zet je zaken voor jezelf op een rijtje. Je bent creatief bezig en tegelijkertijd ontspan je je hersenpan. Alleen bestaat er natuurlijk wel het gevaar dat je er zo in op gaat, dat je er een brei-arm of haakvinger aan overhoudt. Maar voor alles geldt dat je er niet te fanatiek in moet worden. Dus telt dat ook voor haken. Al is het nog zo leuk. En denk nou niet dat haken alleen voor dames is. Ik heb al diverse heren hun zelfgehaakte creaties zien posten op de sites.

Mijn CAL deken vordert gestaag. Zelfs zo gestaag dat ik er ernstig over nadenk om een tweede op te starten. Want de nieuwe haaksteken worden slechts per week aangeleverd. Elke vrijdag wordt het huiswerk losgelaten en kun je de volgende stekenopdracht downloaden.We zitten nu in haakweek 30. Ik had heel wat in te halen toen ik er aan begon. Maar je snapt het zeker al wel: ik ben helemaal bij ...















maandag 30 juni 2014

Nutienixie

Toen onze leasekinderen nog klein waren, kluste mijn zus in de avonduren als demonstratrice voor Tupperware en Nutri Metics. Wij mochten dan komen oppassen. Dat was voor alle partijen feest. Win-win-win zeg maar. En natuurlijk werd mijn zus uitgebreid uitgezwaaid. Wel moesten de kinderen haarfijn weten voor welke firma ze op pad ging. Maar omdat dat veelvuldig doorelkaar liep, was het lastig voor ze om al die moeilijke woorden te onthouden en in de juiste volgorde te zeggen. Tupperware werd Tuppenuttie en Nutri Metics werd Nutienixie. Maar ach, zolang mijn zus maar wist welke demonstratie ze die avond moest geven, kwam het helemaal goed.

Systeem
Aan het demonstreren voor Tupperware heb ik me nooit gewaagd. Ik was wel altijd een gewillig afnemer van het onverslijtbare plastic. Kasten vol. Die zijn inmiddels uitgedund tot een halve plank van wat ik er écht van gebruik. Voor Nutri Metics heb ik wèl demonstraties gegeven. Het is goed spul. En 100% natuurlijk. Iets wat begin jaren '80 nog eerder uitzondering dan regel was in cosmeticaland. Nutri Metics is niet in winkels te koop, maar wordt volgens het Tupperwaresysteem aan de vrouw (en ook man overigens) gebracht. Daardoor is er inmiddels natuurlijk veel te veel concurrentie van merken die gewoon wèl bij het Kruidvat of de Etos te koop zijn. Nutri Metics overleefde het dan ook niet in Nederland. Ze verhuisden naar Engeland, maar ook daar ging het mis. Een ondernemende jongeman zag er alsnog brood in en nu is het weer terug in Nederland. Ondergebracht bij een grotere groep. De producten zijn beperkt tot wat er echt gebruikt wordt, net als mijn halve kastplank Tupperware zeg maar.

Distributiecentrum
En omdat het distributiecentrum nu dicht bij mijn woonplaats is, kan ik mijn bestellingen daar gewoon ophalen. Scheelt mij en mijn bescheiden klantenkring een hoop geld aan porto. Ja, benzine kost ook wat, maar ik combineer dit soort uitstapjes altijd. Zo'n ophaalbezoekje moet je wel van tevoren doorgeven, zodat ze de boel vast voor je kunnen klaarzetten. Vol goede moed stond ik afgelopen vrijdag voor de deur van het 4 verdiepingen tellende gebouw, waar minimaal 12 companies in resideren. 'Hee', ze staan niet meer op de deurbel?! Dan maar op een andere bel drukken en zeggen waar ik voor kom. Ik weet op welke verdieping ik moet zijn. Maar helaas: niemand in het hele gebouw had ooit van ze gehoord. Een vriendelijk dame van één van de andere bedrijven dacht te weten dat ze pas verhuisd waren. 'Okee...'. 'Ja, naar het gebouw hierachter. Dat heeft dezelfde straatnaam, maar het nummer heeft de toevoeging 'A'. Kom, ik laat het je wel even zien'. En ze troonde me mee, dwars door een directiekamer van pauzerende hotemetoten, die allemaal hun e-mail gewoon open hadden staan. Door het raam wees ze me nummer 'A'.

Inmiddels was het gaan regenen, maar ik wist nu tenminste waar ik heen moest. Dus weer naar buiten. Op naar nummer 'A'. Geen bel bij de deur. Uiteindelijk heb ik er maar op geklopt. En zo waar, er kwam iemand aan. Maar ook zij had er nog nooit van gehoord. Nu hadden er meerdere firma's in gebouw nummer 'A' hun kantoor, maar op het grote aanwezigheidsbord was er niets te ontdekken wat in de verste verte ook maar op mijn bestemming leek.

Toch nog
Omdat ik het toch inmiddels wel jammer vond van de verloren tijd en eigenlijk ook niet alsnog die porto voor mijn kiezen wilde krijgen, besloot ik nog een laatste poging te wagen in het eigenlijke gebouw. Er was één verdieping waar ik nog niet geweest was. Toen ik op de vierde aankwam, liep ik tegen een glazen wand aan, waar bureaus achter stonden. Ik stak mijn hoofd naar binnen en informeerde of ik hier aan het goede adres was. Een man van middelbare leeftijd schudde met een wazige blik zijn hoofd. 'Nee, nooit van gehoord'. Maar gelukkig hoorde iemand aan het bureau naast hem dat. Zij sprong op en zei: 'Ja, dat zijn wij. Kom maar mee'. Een verbaasde mede-ruimtegebruiker achter zich latend. 'Ja, we zijn net verhuisd. Er komt nog een nieuw bordje bij de bel beneden', legde ze uit.

En dat zeggen jullie dan niet even aan de telefoon? Ik heb gisteren pas gebeld met jullie balie. Of een briefje beneden bij de hoofdbel misschien? Of een berichtje aan de mensen van de verdieping waar jullie eerst zaten? Ik drentel hier al zo'n kwartier rond en kom net van nummer 'A', omdat ze dachten dat jullie daar misschien zouden zitten. 'Nou nee, wij gaan niet over de communicatie. Die komt volgende week terug van vakantie. En we zijn ook pas twee weken geleden verhuisd hoor. We zitten hier echt pas net. Ik denk niet dat het meisje van de balie dat al wist. Zo pas zitten we hier.'

De kids hadden helemaal gelijk. Ik vond het dit keer ook Nutienixie!

zondag 8 juni 2014

Stockholm card

Het leek een uitermate goed idee, het aanschaffen van de Stockholm card. Met dat pasje wordt namelijk gratis vervoer beloofd in bus, tram en metro, en kosteloze toegang tot zo'n 80% van de musea in Stockholm. En aangezien dat er 1001 zijn, leek het een slimme zet.

Stad
Omdat mijn nicht naar een congres voor haar werk moest en ze mij nog steeds als reisgezelschap ziet zitten, togen wij er vorige week heen. Zweden is een prachtig land, Stockholm een ge-wel-di-ge stad. Als je nog een reisbestemming zoekt, kan ik je de Zweedse hoofdstad van harte aanbevelen. Door al de bruggen, die de eilanden waar Stockholm op gebouwd is met elkaar verbinden, heb je telkens heel goed zicht op waar je bent en waar je heen wilt. Alles is beloopbaar, maar af en toe een metro of tram is een weldaad voor je voeten. Ik heb geen stappenteller, maar áls ik die had, dan was die inmiddels op tilt.

Kaartje kopen
Van tevoren had ik natuurlijk mijn huiswerk gedaan. Want welke van die 1001 musea wil ik perse zien en welke kunnen wachten tot een herbezoek. Zodoende stuitte ik ook op de Stockholm card. Die had ik natuurlijk gewoon online moeten bestellen. Maar ik wachtte tot ik ter plekke was. Dom, dom, dom. Want nu moesten we, ik had nichtlief ook overgehaald tot de alles-in-één pas, wachten totdat de enige juffrouw van het VVV-kantoor uitgeredeneerd was met de klant voor ons. Ze had een wazige blik, die juffrouw. En hoewel het erg Zweeds klonk wat ze uitkraamde, had ik niet de indruk dat de boodschap erg overkwam bij de klant voor ons.

Toen we eindelijk aan de beurt waren, bleek het nog helemaal geen fluitje van een öre te zijn. We konden kiezen uit 2,3,4 of 5 dagen en uit twee varianten. We namen de meest uitgebreide, inclusief busrit en inclusief boottocht. Voor 2 dagen. Want ook al beloofde het ons veel kronen te besparen, het bleek toch nog een flinke investering te zijn. Maar voordat de juffrouw aan de andere kant van de balie snapte welke variant we bliefden ... Zelfs voor Zweedse kalm-aan-begrippen, spande zij de kroon. Heel druk maken die Zweden zich geloof ik niet. Eén van de charmes van het land. Ze nemen uitgebreid de tijd voor je. Maar dus ook voor degene die vóór jou aan de beurt is. Na bijna een uur stonden we weer buiten. Mét card, dat wel.

Ellende
Alleen, toen begon de ellende. Want waar we ook kwamen, overal werd de card argwanend bekeken, door aparte apparaten gehaald of per nummercodering gecontroleerd. Achteraf gezien bleken we met een oud model opgescheept te zijn. Wisten wij veel. Wij dachten iets exclusiefs te hebben. Nou, dat hadden we ook zullen we maar zeggen. Nergens mochten we zomaar doorlopen met onze superhandige en voordelige card. Alleen al aan tijdsverlies hadden we hem beter niet kunnen aanschaffen. Maar ach, we waren op sightseeing en als rechtgeaarde Hollanders zouden we ons geld er uit krijgen ook. Dát is ons natuurlijk gelukt, alleen hebben we er 2002 musea voor moeten afkleppen en zijn we extra tijd kwijtgeraakt door ons ook tijdens spitsuren door de metro's heen te wurmen. Je hebt gratis reizen, of je hebt het niet hè. Alleen ging dat dan weer niet op voor de boottocht. Want toen we na ruim een half uur in de rij gestaan te hebben eindelijk vol trots onze gratis instap Stockholm card lieten zien, bleek die dus helemaal niet geldig te zijn voor de sightseeing vanaf het water.

Wellicht hadden we beter de goedkopere variant kunnen nemen, of helemaal de card niet moeten aanschaffen. Dan hadden we alles in een rustiger tempo kunnen doen, en veel minder lang hoeven wachten aan de kassa's bij check nummer zoveel. Ik heb er nog even aan gedacht om terug te gaan naar het VVV-kantoortje. Om verhaal te halen, of tenminste een extra gratis metrokaartje als vergoeding voor alle wachtmisère. Maar het idee om er diezelfde juffrouw weer tegen te komen weerhield me er van. Stel je voor, weer driekwartier Stockholm naar de Filistijnen. In plaats daarvan heb ik er heerlijk nog een paar dagen de toerist uitgehangen. In een rustig tempo. Zonder Stockholm card. 


zondag 11 mei 2014

Bank

Zo'n vijftien jaar geleden is hij ons huis binnengekomen. Onze grote, blauwe hoekbank. En sindsdien was hij niet meer weg te denken uit ons leven. Ik zal niet zeggen dat ons hele leven zich op en rond die bank heeft afgespeeld, maar het zit er niet ver naast.

Wennen
Ik moest er eerst wel aan wennen hoor, want de bank nam een prominente plek in ons interieur in. Destijds hebben we ook aardig opgeruimd en diverse kringloopfilialen blij gemaakt met alles wat bij ons de deur uit moest, zodat de bank er in kon. Maar het wende al héél snel. Zelfs voor onze leasekids, die toch aardig kritisch zijn op alles wat er bij ons 'nieuw' in komt. Ze houden niet van wisselingen in ons interieur. En telkens als ze komen doen ze dan ook demonstratief een rondje, om te zien of alles nog wel op z'n plek staat. Gek genoeg was de grote blauwe bank vanaf het begin geen enkel probleem. Ze hebben er dan ook dankbaar medegebruik van gemaakt.

Er is op gezeten, gehangen, gelegen, gelachen, gehuild, getroost, gemopperd, gedanst (ja, toen waren ze nog wel wat kleiner), luiers verwisseld (nóg kleiner) en zo kan ik nog wel een poosje doorgaan. En oh ja, verstoppertje gespeeld, zowel er achter als erop, want je wilt niet weten wat ik allemaal uit de gleuven van de bank heb gevist ná een bezoekje van het spul. Van legomannetjes tot mobieltjes en alles wat daar tussenin zit.

Zitzak
Maar ja, na vijftien jaar deel van ons dagelijks leven uitgemaakt te hebben, begonnen de sporen daarvan ook wel wat zichtbaarder te worden. Hij zakte her en der wat uit z'n voegen, zeg maar. En aangezien de ledematen van mijn wederhelft en mij zo langzamerhand aan wat meer steun behoefte hebben bij het opstaan uit de inmiddels zitzakbank, hebben we besloten om hem te vervangen. Onder luid protest van de leasekids, dat snap je. Maar, toen we zeiden dat ze 'm van ons mochten ophalen voor eigen gebruik als ze daar nog heil in zagen, was het leed al snel geleden. Ze hebben het inruilmoment braaf afgewacht, maar telkens als ze er de laatste tijd waren, kregen de vier aan elkaar geklikte stukken bank een stevige inspectie. Uiteindelijk waren ze er uit wie er welk stuk kreeg en waar in hun kamers dat nog zou passen. Op hun beurt hebben zij er flink voor opgeruimd, net als wij destijds.

Levering
Onze nieuwe zitmeubels stonden ingepland voor 5 of 6 mei. Dus stonden de kids op 4 mei met een gehuurde boedelbak voor de deur. In no time was de bank ons huis uit gesjouwd. En daar stonden we dan, in een lege kamer, met twee eetkamerstoelen ter overbrugging. Maar op 5 mei werden we niet gebeld door de chauffeur die zou komen afleveren. En op 6 mei ook niet, en op 7 mei ook niet. Iek! Toen hebben we toch maar eens op 8 mei nogmaals naar de leverancier gebeld. Misschien kon de chauffeur ons huis niet vinden en had hij ons telefoonnummer niet of zo.

Het meisje van de inplanning kwam schoorvoetend met het antwoord. 'Eh ja, dat heb ik gezegd ja, 5 of 6 mei, maar eh, dat was een schattingsdatum. Ik zie nu in het systeem dat u de bank niet eerder dan 28 mei gaat krijgen. Maar dat is ook een inschatting hoor. Maar ik denk wel dat het rond die tijd geleverd moet kunnen worden.'

WÁT !!!

Dus nu zitten, hangen, liggen, lachen, huilen, troosten, mopperen onze neefjes en nichtje op brokstukken van onze bank en kamperen wij nog een poosje in onze halflege woonkamer. Zucht. Er is wel veel ruimte zo, maar comfortabel bankieren is er even niet bij.

En het allerergste is dat het al begint te wennen!


zondag 27 april 2014

Kleur

De afgelopen dagen stond er nogal wat over kleur in de media. We gaan natuurlijk ook weer richting de kleurrijke periode van het jaar, met al het bloeiende spul langs de wegen, in de tuin en op het balkon. Misschien dat dat de inspiratiebron geweest is. Goed mogelijk.

Roze versus blauw
Zo las ik dat roze vroeger een mannenkleur was. Ja, roze wordt nog steeds wel door mannen gedragen, maar ik bedoel, als ik in een wandelwagen kijk en ik zie de baby met een roze shirtje, dan zeg ík meteen: dag meisje.

Tot 1918 was het echter een jongenskleur. Dus als ik toén in de wandelwagen gekeken had, had ik 'dag kereltje' gezegd. En, geloof het of niet, maar blauw was in die tijd een meisjeskleur. De omgekeerde wereld. Overigens was ik absoluut geen roze of blauw in een wandelwagen tegengekomen in die tijd, want baby's droegen toen voor het gemak (letterlijk!) allemaal wit. Wit krijg je namelijk goed en makkelijk schoon met bleek. Ik denk niet dat ik die hoef uit te leggen.
Maar wel apart, dat roze gezien werd als 'krachtig' en blauw als 'fijngevoelig'. Oh ja, ... natuurlijk ... iets met het sterke geslacht hè ... ik snap opeens de switch ...

Overigens liepen mannen vroeger ook op hogere hakken dan vrouwen. Dat had met het paard bestijgen te maken en het werd als deftig gezien. Net als het dragen van kant en huilen. De kleurrollen werden pas rond 1940 omgedraaid. Het kant en huilen was al eerder uit de gratie. Voor mannen dan.

Groen
Afgelopen weekend stond er in de krant dat het voorjaar dit jaar veel eerder van start is gegaan dan eerdere jaren. Ja, daar was ik van op de hoogte. 'Alles is eerder groen dit jaar', stond er. Ook dat was niet aan mijn aandacht ontsnapt. Wat me wèl verbaasde was de opmerking daar achteraan: 'veel groener dan andere jaren'. Hoezo veel groener? Kan groen gras dan tòch groener zijn? En niet alleen aan de overkant? Ik dacht altijd dat dat flauwekul was, omdat ze dan aan de overkant ook een hogere waterrekening hadden. Althans, zo is het mij altijd voorgehouden. Maar nu blijkt, dat groen groener kan zijn. 'Natuur groener dan vorig jaar', was de kop die mijn aandacht kreeg. Alles is bijna 30% groener dan vorig jaar volgens de groenindex. Nooit van een groenindex gehoord, maar het schijnt te bestaan. Die wordt met satellietbeelden bepaald. En aangezien het artikel uit Wageningen kwam, ben ik geneigd het te geloven. De 1 april datum ligt al een paar weken terug. Dus vooruit dan maar: het gras is dit jaar groener.

Oranje
En op de verjaardag van de koning kan de kleur oranje natuurlijk niet ontbreken. Nou is koningsdag gisteren al gevierd, en toen kleurde het hele land al oranje. Gelukkig scheen toen ook voor het merendeel de Oranjezon. Hoewel ik op een plek woon waar ook een paar fikse buien gevallen zijn. Vanmorgen was ik benieuwd naar het weerbeeld voor vandaag, want er staan nog steeds een paar kleurrijke plantjes op mijn buitentafel die graag de grond in willen. En hoewel ik ze geen water hoef te geven als dat vanzelf al gebeurt, vind ik het wèl fijn om tussendoor zèlf droog te blijven. En zie daar: heel Holland oranje op de buienradar. Nou was het vanmorgen vroeg toen ik dat zag, en er wàren natuurlijk al fikse buien geweest, dus 'code oranje' bevreemdde mij in eerste instantie niet echt. Maar voor het héle land? Pas toen ik wat beter bij mijn positieven was begreep ik de aardige geste van buienradar.nl wèl. Niks code oranje. Oranje hulde. Leuk bedacht. Dat dan weer wel.
                 

dinsdag 15 april 2014

Selfies


Op 13 september 2002 werd het woord voor het eerst gebruikt. Voor zover men kan nagaan dan, maar ik geloof dat wel. Op een Australisch forum verontschuldigde iemand zichzelf voor het publiceren van een onscherpe foto. "And sorry about the focus, it was a selfie."

Foto
Twee jaar later verscheen het woord op Flickr en sinds 2012 gebruiken we het veelvuldig. Zowel het woord als de actie die het is: een gefotografeerd zelfportret, dat we vervolgens op het internet knallen. Omdat zo'n foto met een smartphone of digitale camera gemaakt wordt, zie je ook meestal wel dat het toestel wordt vastgehouden. En om zo goed mogelijk in beeld te komen, moet de camera zo ver mogelijk van je af. Die langgerekte arm veroorzaakt meestal een onderkin. En je hoofd komt wat gek achterover in beeld. Net alsof je jezelf van je afduwt en dat vervolgens vastlegt. Maar dat kan je natuurlijk ook wel weer weg fotoshoppen. Mensen kijken er doorgaans behoorlijk serieus bij. Geconcentreerd natuurlijk, om alles goed in te kunnen schatten voordat je afklikt. Ik sta ook wel op selfies, maar die zijn dan door anderen gemaakt die tegen mij aanstaan. Ik weet nog steeds niet goed hoe ik mijn telefoon zo ver moet krijgen, dus een selfie van mij alleen blijft jullie bespaard.

Woord van het jaar
Vorig jaar werd het woord 'selfie' door de Britse Oxford Universiteit uitgeroepen tot het Engelse woord van het jaar. Sindsdien staat het woord ook in de Nederlandse Dikke Van Dale. Want in navolging van Engeland vonden wij vorig jaar óók dat het om het woord van het jaar ging. En zo groeide het woord uit tot een begrip. Als je een woord bedenkt en het maar veelvuldig gebruikt en er voor zorgt dat anderen dat ook gaan doen, verschijnt het vanzelf als toegevoegd woord in de woordenboeken. Dus mocht je een creatief woord bedacht hebben voor een alledaags ding, dan zou ik dat zeker in elke zin gaan noemen.

Je bedachte woord moet wel vaak genoeg voorkomen in allerlei algemene teksten. Het moet makkelijk toegankelijk zijn voor een ruim publiek (dus geen jargon) en je woord moet minimaal drie jaar lang regelmatig gebruikt worden. Hetzelfde geldt voor nieuwe uitdrukkingen. Suggesties voor nieuwe woorden kunnen naar het reactieformulier voor de Van Dale-redactie. De hoofdredactie bepaalt of een woord daadwerkelijk in het woordenboek komt. Over de uitslag kan helaas niet worden gecorrespondeerd. Maar als je een beetje mazzel hebt, kan er zelfs een cabaretprijs naar vernoemd worden, zoals de Poelifinarioprijs. De Poelifinario is een door Toon Hermans bedacht fictief dier. Dat je het maar weet.

Selfitus
Afgelopen week stond het nieuwe woord om een heel andere reden in de kranten. De Amerikaanse overkoepelende psychische organisatie APA zou bekend hebben gemaakt dat het nemen van 'selfies' tot een psychische stoornis wordt gerekend.

Maar de aandoening 'selfitus' bestaat niet. Het werd omschreven als een obsessieve en compulsieve dwang om foto's van jezelf te maken en deze te delen via social media. Vooral onzekere mensen zouden veel selfies maken. Allemaal flauwekul. Onzekere mensen zetten zichzelf natuurlijk niet te kijk. Daar zijn ze veel te verlegen voor zou je denken. Het verhaal klopt dan ook niet volgens de APA. Broodje aap. Dat wil zeggen: zij weten van niks.


Sterrenselfie
En dan is er natuurlijk nog de sterrenselfie die het nieuws haalde. Vorige maand kwam die opeens in beeld bij de Oscaruitreikingen via Ellen de Generes. Meer dan anderhalf miljoen mensen hebben die foto geretweet. Inmiddels is het de vaakst geretweete selfie tot nu toe. Maar ja, dat krijg je vanzelf als er allemaal celebrities op staan. En nu is het woord 'sterrenselfie' opeens in de run om opgenomen te worden in de Dikke Van Dale. In de taal van Ellen is het een 'all star selfie', maar wie maalt daar om.

Sommige selfies zijn overigens zeer de moeite waard. Niet perse die van de beroemdheden, maar persoonlijk vind ik dat de selfie van astronaut Aki Hoshide wel wat heeft. Met de zon achter zich nam hij een selfie toen hij aan het werk was in de ruimte. Ook een soort van sterrenselfie zeg maar, maar dan geheel anders. En natuurlijk kunnen niet alleen mensen selfies maken ...
 



Astronaut Aki Hoshide neemt een selfie (2012)

Niet alleen mensen kunnen een selfie maken
 

zondag 6 april 2014

Wronk

Hoewel ik van mezelf vind dat ik redelijk praktisch ben ingesteld, kan het natuurlijk altijd beter. Véél beter zelfs, weet ik sinds kort.

Hannesen
Toen mijn wederhelft me voor de zoveelste keer zag hannesen met het plastic folie, waarmee ik een restje eten af wilde dekken, zei hij bemoedigend:'' You are doink it wronk!' En bedankt. Hoe moet het dan wel? Ik bedoel, dat folie plakt altijd waar ik het niet wil. Ik sta regelmatig dat spul af te peuteren, waarna het evenzo vrolijk weer ergens anders aan vast kleeft, maar nimmer daar waar ik het hebben wil: over de kliek. 'Nou, kijk, zo.' En hij pakte de rol, stopte hem terug (!) in het kartonnen omhulsel dat voor doos moet doorgaan en drukte vervolgens twee ongeziene lipjes aan de zijkant naar binnen, opende de doos en ziedaar, de rol draaide warempel in het rond en gaf haar folie af, alsof het nooit iets anders van plan was geweest. 'Zie, you are doink it wronk.'

Uitleg
Nou, daar was hij me dan toch wel enige uitleg over verschuldigd. Hoezo weet hij dat wel en ik niet? Ik kan me toch niet voorstellen dat hij zo'n foliedoos uit en te na staat te bestuderen voor gebruik. Zelfs niet op een regenachtige middag. Maar daar kwam de aap uit de mouw. Hij had wat YouTube filmpjes zitten kijken en was gestuit op de CrazyRussianHacker. Nou suggereert dat heel wat anders dan dat het in werkelijkheid is. In werkelijkheid is het een Rus, die allerlei filmpjes op het internet heeft gezet van dagelijkse dingen die je allemaal 'wrónk' doet. Hij legt het in zijn beste Engels uit en het is behalve uitermate vermakelijk ook nog eens griezelig herkenbaar. En geloof mij: We are all doink it wronk. Totally!

Haarspelden
Natuurlijk zijn maar weinig mensen tevreden met hun eigen haardos. Als je krullen hebt wil je steil en omgekeerd. De kappers leven er wel bij. Ik wilde altijd lang krullend haar. Het liefst zo donker mogelijk. Nou is daar redelijk wat aan te doen bij kappers hoor, maar het is allemaal wat minder goed voor de duurzaamheid van de haren. Van mezelf heb ik steiler dan steil haar. Mijn moeder vlocht het vroeger altijd voor me in, dan was het nog wat. En dan goed strak met een elastiekje vastzetten, anders was al het vlechtwerk binnen de kortste keren voor noppes geweest. Ik bedoel: als ik een keertje los haar wilde en bovenin een schuifspeldje deed voor de leuk, dan lag dat speldje binnen no time op de grond. Maar nu weet ik het, want ik was doink it wronk! Een haarspeldje heeft een lange gladde kant en een kortere gekartelde. Natuurlijk steken we allemaal, althans 99% durf ik te wedden, de lange gladde kant tegen het hoofd en moet de korte gekartelde kant aan de buitenkant te zien zijn. Wronk! Het moet omgekeerd. Natuurlijk heb ik dat uitgeprobeerd. En verdraaid: na een kwartier zat het speldje nog steeds bovenop mijn hoofd.

Boterhammen, autoruiten en schoenveters
Mocht je willen weten hoe je een sandwich peanutbutter/jelly maakt, zonder dat de jam uit je dubbele boterham loopt, of hoe je een perfecte vorm voor een gebakken eitje op je boterham krijgt, dan moet je toch eens de YouTubes induiken. Hetzelfde geldt voor tijd- en ergernisbesparing als je de auto al hebt afgesloten en ontdekt dat het raam nog op een kiertje staat. Niks opnieuw instappen, auto starten, raam afsluiten, opnieuw uitstappen en afgrendelen. Gewoon de autosleutel gebruiken en het is gefixt. Gewoon al die tijd 'wronk' gedaan. Om nog maar te zwijgen over het strikken van je schoenveters. Dubbele knopen en struikelen zijn voortaan van de baan.

Het wachten is nu nog op het filmpje waarin hij laat zien hoe ik olie in de frituurpan ververs zonder mezelf en het aanrecht onder te knoeien. En natuurlijk het filmpje van de opruimkaboutertjes ...

zaterdag 29 maart 2014

Eén eurootje

Afgelopen week mocht ik voor mijn werk naar Zwitserland. Zo'n buitenlandse vergadering, want dat was het, voelt altijd ook een beetje als extra vakantie. Ik koos er voor om op Schiphol de Thalys te pakken. Dat versterkt voor mij het gevoel van 'op reis' zijn. Al die krioelende en (zwaar-)bepakte mensen die daar rondlopen heeft wel wat. Ik was ruimschoots op tijd en bij de ingang naar het perron was ik op een bankje gaan zitten. Met zo'n veel te dure, maar o zo lekkere creatie van Starbucks in mijn hand staarde ik wat in het rond.

Bedelaar
Vanuit mijn ooghoek had ik hem al gezien. Een bedelaar met een plastic AH tasje. Hij kreeg nul op het rekest bij iedereen die hij aansprak. Naast mij zat een man, vermoeid gebogen over de trolley met zijn opgestapelde bagage. 'Hey bro', hoorde ik naast me. En vervolgens werd er wat over en weer gefluisterd. Ik dacht nog 'Hee, die kennen elkaar zeker', toen ik met een wat luidere stem hoorde zeggen 'Nee echt niet joh, ik ben net terug van vakantie.  Ik heb geen rooie cent meer.' Waarop de bedelaar mijn kant op schoof.

'Heeft u een eurootje voor me? Ik heb zo'n honger.' Nou had ik net een euro teruggekregen van het meisje achter de Starbucksbar. En als er iemand naar mij toe komt en zegt dat hij honger heeft, tsja, dan is mijn keus wel snel gemaakt hoor. Ik ritste mijn heuptasje open, pakte mijn portemonnee en ging op zoek naar die euro. Ik had hem net te pakken en zou hem in de bedelende hand leggen, toen er een man van de bewaking op mijn hand en de euro af dook. 'Nee, nee, nee, mevrouw, niet doen hoor.' 'Wegwezen jij! Val die mevrouw niet lastig. Je weet dat je hier niet mag bedelen!'

Bewaking
Maar ja, die euro was al onderweg naar de bedelaar en die zag zijn dagwinst aan zijn neus voorbij gaan, dus hij zei: 'Jaa, wel wel, ik mag het wel van die mevrouw!' En hij dook met zijn hand op mijn aarzelende hand die alweer richting portemonnee retour was. Voor de bewakingsmeneer was dat een stap te ver en hij probeerde de hand van de bedelaar weg te duwen, die alleen maar heftiger richting mijn portemonnee dook. Binnen 3 seconden, het was écht niet langer dan dat, stonden er 3 mensen van de bewaking, 2 van de marechaussee en nog een perronchef of zoiets om mij heen. Zeg nooit meer dat Schiphol niet veilig is. Ik heb mij er nog nooit zo veilig gevoeld. Een marechausseeman kwam naast me zitten en is, totdat mijn trein arriveerde, niet meer van mijn zijde geweken.

Kost
De bedelaar werd naar een leegstaande plek op de bank gebonjourd, hij moest zijn ID geven en zijn mond houden. Verongelijkt dook hij de plastic AH tas in en haalde er achtereenvolgens een pakje drinken uit, een plastic verpakking met twee sandwiches en een bekertje yoghurt. Hij had absoluut niet gelogen. Hij had honger, of op z'n minst trek, en daar ging hij nu iets aan doen.

Toen ik dat zag moest ik wel even glimlachen en denken aan het krantenberichtje dat ik pasgeleden las: een 100-jarige bedelares bleek na haar dood in het geheim 700.000 euro aan geld en goederen te bezitten. Gewoon in de loop der jaren bij elkaar gebedeld. Ach ja, je moet toch wát doen he, om aan de kost te komen.

Zowel in Lausanne, de eindbestemming van mijn reis, als bij de tussenstops onderweg in Parijs ben ik diverse bedelaars tegengekomen. Maar ik heb, geheel tegen mijn gewoonte in, maar net gedaan alsof ik geen Zwitsers Duits en geen Frans versta. Stel je voor, dat ik in zo'n buitenlandse taal moet uitleggen dat het alleen maar om één eurootje ging ...


maandag 24 maart 2014

Pilletjes

In mijn familie komen nogal wat kwaaltjes voor. En aangezien daar nu veel meer over bekend is dan zo'n vijftig jaar geleden, doe ik aan voorzorgsmaatregelen. Niet alleen eet- en beweeggewoonten horen daarbij. Sinds een jaar of twee doe ik ook mee met een huisartsenprogramma. Zij houden mij in de gaten met af en toe een controle en het bijsturen met een pilletje. En ik volg braaf de adviezen. Vooral ook omdat het lijkt te helpen.

Op
Nu waren de pilletjes op en kon ik via de herhaalreceptenlijn een nieuwe voorraad bestellen. Zo gezegd, zo gedaan. Bij de apotheek kreeg ik echter een heel ander merk voorgeschoteld. 'Dat zijn ze niet hoor', en ik haalde het doosje van wat het wèl moest zijn uit mijn tas. 'Ja, deze zijn het wèl, maar van een ander merk', kreeg ik als antwoord. 'Oh, maar kan ik niet gewoon krijgen wat ik altijd heb? Ik ben namelijk nogal allergisch voor wat stofjes en dit pilletje gaat goed'. Nee, dat kon niet, want de verzekering vergoedt het oude merk niet meer. 'Maar als ik ze nou zelf betaal dan?' Nee, dat kon ook niet.

Opgelost
Na enig soebatten nam ik één doosje mee en niet drie, met de afspraak dat als het goed ging ik die andere twee doosjes alsnog zou ophalen. Maar het ging natuurlijk niet goed. Na vier pilletjes had mijn lijf er meer dan genoeg van. Ik zal je de details besparen, maar neem van mij aan dat het geen fijn weekend was. Maar ik zat er wel een beetje mee, want wat nu? Ik heb de huisartsenpost gebeld en het verhaal uitgelegd aan de assistente. Geen idee namelijk of je daar nu een huisarts in zijn/haar kostbare tijd mee moet lastigvallen. De assistente was meteen op mijn hand. 'Nee hoor, dat gaan we anders doen', zei ze. 'Vanaf nu staat er in uw dossier dat u alleen díe pilletjes krijgt. Ik typ het opnieuw in en vanaf morgen kunt u ze afhalen bij de apotheek. Als het via de huisarts gaat zijn we zo veertien dagen verder, omdat er dan een intolerantierapport moet komen en ik kan zo al zien wat dat gaat opleveren. Dus ik verander het en dan is het in orde.' Nou fijn. Opgelost ...

Glazig
De volgende dag stond ik tegenover dezelfde apothekersassistente. Ze kende me nog. En daar kwam ze aan met mijn nieuwe bestelling. 'Ja, eh, maar dit zijn die verkeerde pilletjes...' 'Ja, maar de verzekering vergoedt het anders niet.' 'Nee, dat weet ik, maar ik heb overleg gehad met de huisartsenpost, want ik heb last van bijwerkingen en daarom mag ik voortaan dat andere merk weer'. 'Nee, maar u heeft nog twee doosjes hiervan tegoed.' 'Ja, maar ik verdraag ze niet en als de verzekering een intolerantierapport wil, dan geven ze dat via de huisarts.' Glazige ogen staarden mij aan. 'Uw verzekering vergoedt alleen dit merk. Er zitten dezelfde stoffen in'. Klopt. Maar wel andere bindmiddelen. En die gaan mis.

Alarmbellen
Er werd iemand anders bijgehaald en ik deed mijn relaas nogmaals. 'Oh, geen probleem hoor, dan passen we het aan. Het gaat niet om acute medicijnen, maar om preventieve en dat kan wel veranderd worden ...' Je vraagt je toch serieus af wat er zou gebeuren als je wèl acute medicijnen nodig hebt. Dan zou je toch ernstig in de problemen zitten. Ik hoop van harte nóóit acute medicijnen nodig te hebben. Sowieso niet, maar met deze voorkennis al helemaal niet!

De apothekersassistente haalde mijn vertrouwde merk voor mij op, uit een grote uitschuifla. In de computers van apothekers staat voortaan met grote rode letters dat ik alleen dát merk mag. Dus bij welke apotheek ik voortaan ook kom, als het goed is gaat er een alarmbel af als iemand mij een ander merk dreigt mee te geven. Nadat ze me het scherm had laten zien en me de doosjes mee gaf, haalde ze met een grote zucht haar schouders op en zei: 'Ach, het is denk ik ook wel goed zo. Het ene merk of het andere maakt in uw geval niet veel uit hoor. Ze kosten namelijk precies hetzelfde!'

... prik mij maar lek. Maar dan wel voor een nieuwe bloedtest. Misschien heb ik die pilletjes onderhand wel helemaal niet meer nodig. En als dat wèl zo is, dan houd ik fijn mijn eigen merk. En als de verzekering gaat zeuren, dan heb ik 1) in no time een intolerantieverklaring en 2) de wetenschap dat het geen klont uitmaakt. Ze kosten toch hetzelfde ...


donderdag 13 maart 2014

Schwèng!

Gisteren hebben we eindelijk een nieuwe hapjespan aangeschaft. En dat was zo zoetjes aan hard nodig.

Mankementen
Het schroefje van de knop op het glazen deksel had ik allang lam gedraaid, waardoor het een hele acrobatische toer was om die deksel überhaupt nog te gebruiken. De pan wordt dan ook voornamelijk gebruikt met de deksel los er naast. En de pan zelf is zodanig versleten, dat niet alleen de beschermlaag er anders uitziet, maar ook barsten begint te vertonen. En dat kan natuurlijk niet. Gebruik je zo'n ding voor je gezondheid omdat je minder vet hoeft te gebruiken, zou je er anderszins aan onderdoor gaan.

Zo'n hapjespan is goed voor vanalles en nog wat. Eigenlijk heb ik nauwelijks een andere pan nodig. Ik slijt er dan ook één in de twee jaar letterlijk op. En dan houdt zo'n pan het nòg lang vol.

Keuzes
In hapjespanland is er veel veranderd in de afgelopen twee jaar. De één is nog verantwoorder dan de ander als je de reclames mag geloven. Ik ben overigens niet de enige die de hapjespan ontdekt heeft, want in de kookwinkels zijn ze er te kust en te keur. Naar een gewone pan moet je zoeken als naar een naald in een hooiberg. Maar al die keuze is ook niet alles. Gisteren kostte het nog al wat heen en weer geslenter tussen de schappen aan de ene kant en die aan de andere kant van de winkel. Allemaal hapjespannen. Veel prijsklasses ook. En twee in de aanbieding! En aangezien ik daar wel gevoelig voor ben, was het dubben gereduceerd tot twee. Uiteindelijk werd het de pan met de gratis glazen deksel. Achteraf vraag ik me af in vredesnaam waarom, want die deksel ligt er nu toch standaard naast in plaats van er op. Maar gistermiddag leek het een uitermate goed plan en een dikke winst. Ik bedoel, gratis een deksel van normaalgesproken 19,95 is toch een aardige meevaller.

Kassa
Aan de kassa werd me op het hart gedrukt dat de pan weliswaar met steel en al tot 180° de oven in kan, maar ab-so-luut niet in de vaatwasser mag. Nou scheelt het dat ik geen vaatwasser heb, dus ik kan hiermee niet makkelijk de fout in gaan. Maar eenmaal thuis bij het uitpakken blijkt de pan véél meer te kunnen dan op het fornuis en in de oven. Op het dikkartonnen omhulsel staat overigens niets over een oven. Wèl dat hij vaatwasmachine bestendig is... En verder is hij oersterk, zit er titaniumcoating op en ook nog eens 25 jaar!! garantie. Kijk, dàt noem ik nog eens een koopje. Gemiddeld slijt ik er één in de twee jaar, dus de komende twaalf pannen kan ik gratis komen inruilen.

Schwèng!
Mijn wederhelft ontdekte echter nòg een eigenschap van de pan. Met plaatje en al afgebeeld. Het plaatje bestaat uit een bivakmuts met kleine ronde oogjes. 'Inbrekerbestendig' staat er onder. Je verzínt het niet, maar het staat er echt! Een plaatje van een vaatwasser, een plaatje van een olifant, een plaatje van het getal 25 in Romeinse cijfers én een plaatje van een boef.

Geweldig zo'n multifunctionele hapjespan!

Ergo: laat al die extra sloten op de deur maar zitten. Als ze binnen willen komen, dan doen ze dat toch wel. Maar áls ze eenmaal binnen zijn ... Schwèng!!